3. Wetgeving rondom digitale toegankelijkheid

Toegankelijkheid van websites en apps is geregeld via verschillende wetten, grotendeels gebaseerd op Europese richtlijnen.

Omslag van ''

3.1 Wet digitale overheid

Overheden zijn verplicht om hun websites en apps toegankelijk te maken. Dit is zo vastgelegd in de Wet digitale overheid.

Strikt genomen gaat het niet om overheden, maar om eenzijdig overheidshandelen. Dat zijn activiteiten die alleen een overheid kan uitvoeren, zoals het verstrekken van een bijstandsuitkering, het uitgeven van een paspoort en het houden van een gemeenteraadsvergadering.

De wet verwijst naar de Europese richtlijn (EU) 2016/2102.

En deze richtlijn verwijst weer naar de Europese standaard voor digitale toegankelijkheid, EN 301 549. De standaard EN 301 549 noemt WCAG als de norm en is daarom in deze context het belangrijkste document.

3.2 Wgbh/cz

Voor niet-overheden (eigenlijk voor alles wat niet eenzijdig overheidshandelen is) geldt de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (Wgbh/cz).

WCAG staat daarin niet expliciet genoemd, maar wel wordt uitgegaan van de 'gangbare norm' voor digitale toegankelijkheid. En dat is onomstreden WCAG, en om precies te zijn: WCAG 2.1 niveau AA.

3.3 European Accessibility Act

Er is nog een Europese wet die veel impact gaat hebben op de toegankelijkheid van producten en diensten, namelijk de European Accessibility Act.

De complete titel is Directive (EU) 2019/882 of the European Parliament and of the Council of 17 April 2019 on the accessibility requirements for products and services..

Deze wet is in 2019 aangenomen door het Europees Parlement en de Raad. De wet stelt minimumeisen aan een groot aantal producten en diensten.

In 2022 moesten alle lidstaten van EU deze wet verwerkt hebben in eigen wet- en regelgeving. Vanaf 28 juni 2025 moeten alle nieuwe producten en diensten voldoen aan deze minimumeisen.

Het gaat onder andere om:

  • Tickets en incheckautomaten
  • Banken, inclusief geldautomaten en betaalterminals
  • Pc's en besturingssystemen
  • Smartphones, tablets en tv-apparatuur
  • E-readers, E-books en speciale software
  • E-commerce (webshops)
  • Reizigersvervoer (per bus, spoor, water, lucht)

Om deze wet in Nederland te implementeren worden de volgende wetten aangepast:

  • Warenwet
  • Wet gelijke behandeling gehandicapten en chronisch zieken
  • Telecommunicatiewet
  • Burgerlijk Wetboek
  • Wet financiëel toezicht
  • Wet handhaving consumentenbescherming

Video met uitleg van de European Accessibility Act

Deze video heeft ondertiteling. Zet deze aan via knop cc (van closed captions).

3.4 VN-verdrag handicap

Aandacht voor de rechten voor mensen met een handicap is niet nieuw. Verreweg het belangrijkste verdrag is het VN-verdrag inzake rechten van personen met een handicap (Engels: Convention on the Rights of Persons with Disabilities, CRPD). Het verdrag werd door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties aangenomen op 13 december 2006 en trad in werking op 3 mei 2008.

Het verdrag is een internationaal mensenrechtenverdrag van de Verenigde Naties dat de rechten en waardigheid van personen met een handicap of beperking wil beschermen. In het Nederlands is dit vaak afgekort tot VN-verdrag handicap (schrijfwijze gehanteerd van het College voor de Rechten van de Mens).

Honderdzestig overheden, landen of supranationale instanties hebben het verdrag ondertekend. België ratificeerde dit verdrag in 2009, Nederland in 2016.

Niet elk land heeft het ondertekend. Zo heeft bijvoorbeeld de VS het nog steeds niet ondertekend, omdat de tweederde meerderheid in de Senaat ontbrak.

Het verdrag heeft ook rechtskracht in Nederland. Stel dat iemand met een beperking naar de rechter stapt omdat deze persoon gediscrimineerd wordt. De rechter kan dan op basis van de Wgbh/cz tot een oordeel komen, maar kan dat ook enkel en alleen op het VN-verdrag handicap.

Je kunt wel zeggen dat dit verdrag aan de basis staat van alle bovengenoemde wetten en regels.

3.5 Websites die vallen onder de Wet Digitale Overheid

Voor de meeste overheidsites is het duidelijk of ze wel of niet onder de Wet Digitale Overheid vallen. Bijvoorbeeld de website van de gemeente Utrecht valt daar uiteraard onder. Maar hoe zit dat met de website van het bedrijf dat namens de gemeente de kliko's ophaalt? En de website van de brandweer? Er is een grijs gebied waarbij het antwoord niet altijd eenduidig is.

In grote lijnen geldt de verplichting voor de volgende sites (bron: de Staat van het Web in de opleiding Adviseur Digitale Toegankelijkheid):

  1. Alle websites die ontwikkeld zijn in opdracht van een overheid.
  2. Alle websites die ontwikkeld zijn in opdracht van een samenwerkingsverband van deze overheid.
  3. Alle websites die door anderen zijn ontwikkeld voor de uitvoering van een publieke taak namens deze overheid.

Uiteindelijk heeft een overheid zo een groot aantal websites waarvoor zij verantwoordelijk is. Zo hebben provincies vaak honderden websites.

Samenwerkingsverbanden

Bij een samenwerkingsverband kun je denken aan de belastingsamenwerking. Dit zijn vaak de zogenaamde Verbonden Partijen. Verbonden Partijen zijn rechtspersonen waarbij de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Er is sprake van een bestuurlijk belang in het geval dat de gemeente zeggenschap in de betreffende rechtspersoon heeft, dit kan door zitting in het bestuur of via stemrecht.

Je vindt ze in de begroting van je organisatie.

Websites voor de uitvoering van een publieke taak

Bijvoorbeeld de website met de afvalkalender van het bedrijf dat namens een gemeente het afval ophaalt. Of de extern gebouwde projectwebsite over de werkzaamheden aan een provinciale weg.

3.6 Digitale toegankelijkheid in Nederland

Het web is vluchtig en het is soms moeilijk terug te vinden hoe het onderwerp digitale toegankelijkheid zich in Nederland heeft ontwikkeld. Daarom hier een kort stukje geschiedenis

1999 - WCAG 1.0

Mei 1999 publiceerde het W3C de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG), versie 1.0. Het was de 1e stap naar een structurele aanpak van de toegankelijkheid van het web en richtte zich nog volledig op HTML. Andere technieken, zoals Flash, pdf en JavaScript, werden nog weinig gebruikt.

Deze 1e editie gebruikte al wel de niveaus die we nu ook kennen: A, AA, and AAA. Het omvatte 14 richtlijnen.

Het logo van WCAG 1.0

2001 - VWS start DrempelsWeg

In 2001 start het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) met het project DrempelsWeg. Doel was om te zorgen dat websites beter toegankelijk werden.

DrempelsWeg koos WCAG 1.0 als norm. Zo werden de WCAG-richtlijnen voor het eerst ook de norm in Nederland.

Honderden websites werden onderzocht op het voldoen aan WCAG 1.0 en al snel waren er ook veel organisaties die een intentieverklaring tekenden, zoals de Ombudsman, Bart Smit speelgoed, de Belastingdienst, Schiphol, Fleurop, Albert.nl (de bezorgdienst van Albert Heijn) en het Koninklijk Huis.

2004 - Webrichtlijnen 1

In 2004 worden officieel de Webrichtlijnen door de Nederlandse overheid vastgesteld.

2004 - DrempelsWeg wordt DrempelVrij

In 2004 verandert de naam naar DrempelVrij en komt het project ook los te staan van de overheid.

Aan het begin was het logo geliefd en bekend. In de jaren daarna verliest het aan autoriteit en intussen is het niet meer onafhankelijk en heeft het logo geen toegevoegde waarde meer.

2006: Besluit Kwaliteit Rijksoverheidswebsites

Op 17 juli 2006 wordt het Besluit Kwaliteit Rijksoverheidswebsites gepubliceerd. In dit besluit is vastgelegd dat alle nieuw te ontwikkelen websites van de Rijksoverheid per 1 september 2006 moeten voldoen aan de Webrichtlijnen. Voor alle bestaande sites geldt als datum 31 december 2010.

2008 - WCAG 2.0

In december 2008 wordt WCAG 2.0 gepubliceerd als W3C Recommendation. Alle succescriteria zijn ingedeeld in 4 principes:

  • Waarneembaar (Perceivable)
  • Bedienbaar (Operable)
  • Begrijpelijk (Understandable)
  • Robuust (Robust)

2011 - Webrichtlijnen

Webrichtlijnen versie 2 wordt op 23 juni 2011 als officiële overheidsstandaard vastgesteld. Het bevat de 4 principes van WCAG 2.0, maar voegt daar nog een principe aan toe, het Principe Universeel. In totaal bestaat het uit 125 kwaliteitsrichtlijnen.

2016 - EN 301 549 ('DigiToegankelijk')

Intussen is er Europese wetgeving gekomen die de lidstaten verplicht om WCAG 2.0 als integrale norm te accepteren. In Nederland komt het op de 'pas-toe-of-leg-uit- lijst.

2018 - WCAG 2.1

In 2018 komt er een nieuwe versie van WCAG, versie 2.1. Het voegt 17 nieuwe succescriteria toe en daarmee sluit het beter aan op de ontwikkelingen op mobiel en tablet.

2023? - WCAG 2.2

Intussen is WCAG 2.2 ook zo goed als klaar, maar de officiële 'recommandation' laat nog even op zich wachten. De verwachting is nog dat deze komt in 2023.

Wat vind je van dit hoofdstuk?

Naar boven